Embryotransplantatie wordt steeds vaker uitgevoerd in Nederland. Op veulenveilingen wordt regelmatig een veulen gepresenteerd, die is ontstaan uit embryotransplantatie. Ook worden er op veilingen draagmoeders aangeboden die drachtig zijn van een getransplanteerd, genetisch interessant embryo. Maar wat is embryotransplantatie nu eigenlijk? Kort gezegd is embryotransplantatie (ET) het overzetten van een embryo van de ene merrie (de donor) in een andere merrie (de draagster).
Eén van de grote voordelen van ET is dat de merrie niet zelf het veulen hoeft te dragen. Vooral bij merries met fysieke problemen, zoals een buikhernia, uierproblemen of hoefbevangenheid, is dit een uitkomst. Zo kun je van genetisch waardevolle merries toch één of meerdere nakomelingen krijgen. Maar ook bij jonge merries van twee jaar, die genetisch heel waardevol zijn, kan ET worden toegepast. Deze merries zijn zelf nog te jong om drachtig te worden, maar via ET kunnen ze al wel voor nageslacht zorgen. Op deze manier wordt het generatie-interval verkort.
Merries die erg laat in het seizoen geveulend hebben, kunnen door middel van ET het jaar erop een veulen krijgen. Zelf kunnen ze dan het volgende seizoen vroeg worden gedekt. Zo kan het jaar erop weer vroeg in het voorjaar begonnen worden met dekken zonder een jaar te missen. Daarnaast zijn er natuurlijk de bewezen fokmerries. Merries die goedgekeurde hengsten hebben voortgebracht of merries die zelf internationaal hebben gepresteerd. Van dit soort merries wil de fokker graag meerdere nakomelingen per jaar hebben. Als laatste biedt ET uitkomst voor sportmerries, die in de sport moeten blijven.